Rouw is onze natuurlijke reactie op verlies. Als we iemand verliezen van wie we veel hebben gehouden, dan is er rouw. Als we iets verliezen wat veel voor ons heeft betekend, dan rouwen we.
Door te rouwen, verweven we het verlies in ons leven. Het verlies blijft deel van ons leven, rouw en liefde horen immers bij elkaar. Het gaat er dan ook om dat we onze eigen weg vinden om weer te genieten van het leven, ondanks – of misschien juist dankzij – wat ons is overkomen.
Verlies heeft vele gezichten
Verlies toont zich op vele vlakken. Uiteraard als je iemand of iets verliest door de dood. Maar ook verlies van werk, van je relatie of verlies door een ziekte of ongeval waarbij je ervaart dat je lichaam het anders ‘doet’ dan voorheen. Of dingen niet meer kan. Dat doet pijn.
Je kunt ook bezittingen verliezen, zoals je thuisland, een huis of dierbare voorwerpen. En wat te denken van een thuisgezin dat er niet voor je is, het afscheid van je jeugd, ongewenste kinderloosheid, gemiste kansen, verkeerde keuzes of onbereikbaar gebleken dromen. Je ervaart dat een geliefd deel van je leven ten einde is.
En soms is verlies heel diffuus. Het is er wel, maar je kunt er niet de vinger op leggen. Zoals de volwassene die zijn gevoelens niet kan uiten omdat deze er in zijn kindertijd niet mochten zijn.